zaterdag 7 augustus 2010

Column: Lang en gelukkig

In mijn vorige blog repte ik van een heel leuk luisterleesboek en een column over een heel leuk luisterleesjochie. Die had u nog tegoed. De column dan, het jochie houden we mooi nog even zelf.
Hierbij dan:

Soms valt me een gewetensvraag te binnen. Een vraag over mijn vaderschap. Hoevaak corrigeer onze jongste eigenlijk niet? Hoeveel keren per dag hoort hij mij op hem mopperen? Ruim je rommel op. Doe je jas dicht. Ga je huiswerk maken. Drink je beker leeg. En dan zeg ik het nog netjes. Bij elkaar opgeteld krijgt hij bijna een halve dagtaak aan commando's en bevelen van mij te verstouwen. Wat moet die jongen wel van mij denken? Weet ik dan niet dat één hartelijk compliment meer wonderen doet dan twintig terechtwijzingen? Werkt het bij mijzelf eigenlijk niet net zo? Waarom toch val ik telkens in die valkuil van norsheid en nukkigheid? Waarom kan ik hem niet 'es wat zonniger bezien? En liefdevoller? Bijvoorbeeld zoals zijn hemelse vader naar hem kijkt?
Maar zie, vanmiddag begint dat er aardig op te lijken. Ik heb een leuk cd'tje opgezet: de liedjes van het Grote Prentenboekenliedjesboek. Dat schijfje bevat een keur aan aanstekelijke kwaliteitsliedjes en, het mag gezegd worden, Luuk is erg gemakkelijk aan te steken met pure pret. Op de wijs van zo'n Prentenboekenliedje danst hij zijn dartele dansje van plezier door de kamer. Een geluksmoment. Zijn gezicht wordt zó vrolijk en open dat hij mijn hart raakt. Ik geniet mateloos van zijn vrije voorstelling. Zijn ogen vragen: papa, zie je mij? Ja, ik zie je. En zoals hij naar mij kijkt, kijk ik naar hem. Onbevangen. Genietend. De Grote Norse Pappa en de Slome Luie Luuk zijn er even niet. Een andere geest heeft ons bevangen. Mijn pretoogjes en glimlach geven hem vleugels. Mijn goedkeurende blik en zichtbare genegenheid laten zijn lijf zweven. Hij komt steeds verder van de grond. Ik zie dat hij ziet dat ik zie dat hij daar op zijn zelfbedachte dansvloer eventjes heel gelukkig is. Hij groeit ter plekke wel drie centimeter. Dan houdt het liedje weer op en komt de spontane groeispurt op mij af. Hij slaat zijn armen om mij heen en geeft me spontaan een zoen. En ter plekke groei ik pardoes met hem mee. Zo leven we nog lang en gelukkig.

Deze column stond eerder in het opvoedblad Aan de Hand - http://www.aandehand.nl/

1 opmerking:

rob alberts zei

Het ontdekken van de wereld vind ik het mooiste aan een kind.
Tja dat daar verboden bij horen is vaak lastig en vervelend.
Maar de verrassende reacties blijven mij ontroeren.
Vriendelijke groet uit Amsterdam-ZuidOost