De
grote god Gmak
De
grote god Gmak. Wie kent hem niet? Gmak dient de mens. En wat is er mooier dan
dat? Hoe meer Gmak de mens dient des te meer zal de mens Gmak gaan dienen. En
daarmee de dienst aan God stoppen. Dat zou in feite het mooiste zijn. Gmak zorgt
ervoor dat alles soepel en gladjes kan verlopen. Zonder al te veel obstakels.
Het liefst geen enkele. Bij de dienst aan God barst het van de obstakels en de moeiten.
De weg naar de hemel is geplaveid met ellende. Toch? Nooit is het genoeg.
Telkens opnieuw moeten er barrières genomen worden en pas aan het einde van je
Latijn stopt dat. Nee, dan Gmak. Hij belooft het paradijs gewoon hier en nu. Zonder
wachten, zonder oponthoud. Het kan allemaal zoveel gmakkelijker. Als hij zijn
gang maar mag gaan. Kleine moeite, groot plezier.
Neem
nu Kaïn. Die maakte het zich tenminste nog eens gmakkelijk. Hij bedacht: waarom
een dier offeren als het ook met wat koren kan? En laten we wel wezen: die Kaïn
had gewoon een punt. Koren offeren was per saldo al een vorm van verspilling,
maar een prachtig dier slachten en weg laten branden louter en alleen om de
hemel een plezier te doen? Tja, hoever moet je gaan om de godheid tevreden te
stellen en te houden? Het offeren van zo’n levend wezen, zonder hem te gebruiken
voor de maaltijd, zou eigenlijk zonde zijn…
Gmak
was vanaf dat moment aanwezig om nooit meer weg te verdwijnen. In de loop der
eeuwen heeft hij ontegenzeggelijk terrein gewonnen om in deze tijd volledig tot
zijn recht te kunnen komen. Wij praten in onze dagen over de Gmaksindustrie.
Hele bedrijventerreinen staan vol met gmaks-BV’s. Gmaksmiddelen puilen uit de
schappen van de winkels. Zij aan zij met gnotsmiddelen overigens. Van elektronica
tot prullaria; u noemt het en zij maken het. Beter nog: zij maken het en u wilt
het. Maakte God de aardbei - alleen verkrijgbaar in een belachelijk klein deeltje
van de lente? Gmak maakte en stelde daar tegenover de aardbei die het hele jaar
verkrijgbaar is. Gmakkelijk toch? Maakte God de mens, uniek en enig van wezen?
Gmak weet iets beters: de kloon. Het is nog even wennen, maar de voordelen zijn
nu al duidelijk. Een kloon is altijd betrouwbaar, uiterst gehoorzaam en precies
op maat. Kost een schijntje en doet het altijd. Het gmak dient de mens. Zolang
die nog bestaat tenminste. Want een kloon hoeft niet gediend te worden. Die
dient zelf. En wat dient die kloon dan? U weet het: de grote god Gmak!
1 opmerking:
- Hij belooft het paradijs gewoon hier en nu. Zonder wachten, zonder oponthoud.
Maar dan is het wel op. Gmak geeft je een eindig leven.
Een reactie posten