zaterdag 25 maart 2017

Eens als de bazuinen klinken





Eens als de bazuinen klinken
uit de hoogte, links en rechts,
duizend stemmen ons omringen,
ja en amen wordt gezegd,
rest er niets meer dan te zingen,
Heer, dan is uw pleit beslecht.


Gezang 300 in het Liedboek voor de Kerken (uit 1973) is een immens populair lied, hoorde ik afgelopen week nog door een kenner (want dominee) zeggen.

Ik dacht daar even over na. Want als je aan een gemiddeld christen vraagt of hij/zij het fijn zou vinden als Jezus vandaag of morgen terugkomt zul je niet een instant-halleluja gaan horen. Daarom denk ik te weten waarom dit lied het zo goed doet. Dat heeft onder andere te maken met de optimistische toonzetting van het lied, zowel muzikaal als tekstueel. Er is amper tot geen sprake van oordeel, straf of verdoemenis. Wel van een ja en amen, van een loftrompet en van een wonder van het oplaaien als een vuur. En het pleit dat wordt beslecht op de jongste dag is tekstueel vaag genoeg om er niet al te hard over na te hoeven denken.

Ik vermoed dat ditzelfde lied opeens heel wat minder populair zal gaan worden als er slechts één woord verandert.

Als we in plaats van 'eens' 'straks' gaan zingen komt de inhoud van het maranathalied opeens heel dichtbij. 

Dan rijst de vraag: hoe dichtbij willen we die jongste dag eigenlijk hebben? 



1 opmerking:

Stacy4930 zei

De schrijver van het lied heeft vanwege de te triomfantelijke toonzetting destijds Wim ter Burg een ingetogener melodie laten bedenken. Dat zegt genoeg.