Deze column werd in 2008 gepubliceerd in Aan de Hand
zaterdag 23 februari 2013
Ziek
De jongens zijn ziek. Allebei. Een wonder eigenlijk, want
jaren gingen voorbij zonder dat er meer aan de hand was dan een ordinaire
snotneus of een niesbui of twee. En nu is het kerstvakantie en hebben de heren
bijna vanaf dag één achter elkaar koorts gekregen. Die koorts blijkt vanuit de bodem
van hun tenen te worden beleefd. Er wordt, vanaf bed en bank, uitsluitend nog zacht
murmelend en monotoon gepreveld, elk half uur de thermometer ingeschakeld en
het loopje naar de wc beschouwd als een onderneming van groteske afmetingen. Ondertussen
proberen wij, ouders, alle hoofden koel te houden. Water drinken is belangrijk weten
wijzelf, maar zie het hun maar eens wijs te maken. Nergens hebben ze zin in, en
dus al helemaal niet in een glaasje water. Zelfs televisie is voor Luuk alleen nog
interessant als we de dvd’s van de rustgevende, ouderwetse serie De Zevensprong
opzetten. Ellendeling die ik ben, herinner ik hem fijntjes aan alle momenten
van het afgelopen jaar dat hij juist zo verlangde naar een griepje. Nu het zo
ver is, ben ik niks te beroerd om hem eens passend de les te lezen over deze
overmoedige en zondige verlangens. Luukjelief had zo’n griepje natuurlijk niet
in de vakantie gepland en het hele gebeuren verder ook zwaar geromantiseerd.
Ziek zijn betekende voor hem vooraleerst niet naar school te hoeven en verder
op de bank liggend Donald Duckjes lezen, afgewisseld met hapklare brokken televisie
of computerspelletjes, desnoods even wat lego en verder lekkere hapjes en tot
slot een cadeautje toe. Dan is de werkelijkheid hard. Na anderhalve dag koorts
en amper eten wekken we Luuk ’s ochtends weer en verzucht hij: “Ik begrijp niet
dat ik nog niet dood ben.”
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten