zondag 28 november 2010

Rail away

Soms tovert mijn afstandbediening het EO-programma Rail Away tevoorschijn terwijl ik rustig zappend op zoek ben naar wat verstrooiing op de buis. Altijd blijf ik dan even hangen en voel ik onmiddellijk een enorme rust over mij komen. Ik vroeg me af hoe dat zo kwam. Welnu, ik heb gemerkt dat het antwoord zit in de combinatie van een aantal factoren.

Neem nu alleen al de beelden die, geheel in tegenstelling tot bij vele andere programma's, gespeend blijven van ADHD veroorzakende beeldwisselingen en stressverhogende trucjes zoals versneld in- en uitzoomen, roterende beelden etc. etc.

Wat we hier krijgen voorgeschoteld zijn overzichtelijke shots van veelal ouderwetse stoomtreinen of anderszins afwijkende modellen, die door een golvend landschap glijden, daarbij glooiende heuvels passeren, pittoresque stationnetjes aandoen en gezellige reizigers vervoeren die steevast worden begeleid door vriendelijke conducteurs en wakkere stationschefs. Daarbij zien we beelden van waakzame machinisten geassisteerd door noeste stokers die telkens zorgen voor voldoende kolen op het vuur zodat de hele zaak in beweging blijft.

Voeg daarbij de rustgevende stem van de voice over die onze oren geduldig en op aangename wijze uitlegt wat onze ogen zien. Daarvoor is geen opgewonden standje ingehuurd maar een innemende persoon met een sonore stem en pastorale kwaliteiten geselecteerd, die ons in mooie volzinnen laat delen in de schoonheid van een overzichtelijke wereld. Een wereld waarin de problemen, die eigenlijk nooit aangeroerd worden, geruststellend ver van het spoor af liggen. Een wereld zonder economische en ecologische crises, zonder barbaarse uitzettingen, zonder raciale discriminatie, zonder pedofiele geestelijken, rokkenjagende minister-presidenten, draaikonterige VVD'ers en jokkende PVV'ers.

Een aangeharkte wereld. Verder uitvergroot door het gebruik van gedragen muziek, veroorzaakt door een milde hoeveelheid verstilde violen in combinatie met een rustieke hoorn dan wel een enkele zalvende piano. Een wereld zoals we die graag zouden willen zien en - voor zover die ooit zou hebben bestaan - graag zouden willen conserveren. Een ingeblikte wereld waarin alles goed is, waarin alles op rolletjes gaat. Een wereld die spoort. Rail away zou dienovereenkomstig ook 'sail away' ja zelfs 'dream away' hebben kunnen heten. Dit heerlijk ingedutte programma zou niet hebben misstaan op de kijklijst van omroep Max. Zo mak is het. Rail Away grossiert in rust en kalmte en brengt ons, zonder dat we dat eigenlijk goed en wel doorhebben, daarmee in een licht opgewekte stemming. Het is een tranquillizer voor de ziel, ja niets minder dan een verdekt opgestelde en aangeklede drug. Een getemde wolf in schaapskleren. Zal ik meteen maar de complete dvdbox voor Sinterklaas vragen?

donderdag 25 november 2010

In memoriam Willem Barnard


Afgelopen zondag is dichter/schrijver/theoloog Willem Barnard overleden.
Barnard (niet op z´n Frans uitspreken graag!) was een opmerkelijke man. Hij begon als predikant in de Hervormde kerk en stond in die functie in 1975 in het dorpje Rozendaal. Daar heb ik hem regelmatig zien en horen (s)preken. Juist in de periode dat ik het even helemaal gehad had met ´de kerk´, net los van mijn wilde Children of God avontuur en op zoek naar de Waarheid. Die waarheid was, zo meende ik, natuurlijk niet te vinden in de aangepaste, middleclasskerk voor het klootjesvolk, dat braaf de preek aanhoorde, tijdens de koffie erna eventueel nog wat stichtelijks zou zeggen (wat meestal neerkwam op het geven kritiek op punten of juist het benoemen van de correcte prediking van de voorganger die precies in het eigen straatje paste) en vervolgens weer tot de orde van de dag overging. Mijn eigen gemeente lag inmiddels mijlenver achter me, had ik besloten. (Want) er moest iets meer zijn. Omdat de wat oudere (ex-)vriendin van mijn broer ook die kant op kerkte, ging ik maar eens een tijdje mee naar Rozendaal vanuit onze toenmalige woonplaats Arnhem. Ik moet zeggen dat de wijze van prediken me niet bijster aansprak. Daar was Barnard toch te veel een intellectueel en een woordenman voor en ik te veel een radicaal, provocateur en een would be actievoerder die het liefst een snelle revolutie in de kerk zag plaatsvinden. Of was ik toch gewoon op zoek naar liefde?

Pas veel later heb ik het werk van de goede man leren waarderen. Toen ik zelf inmiddels ruimschoots bij het klootjesvolk was gaan horen. Alhoewel? Ik kan nog steeds warm raken van een uitspraak als deze:

"Bij de meerderheid is de waarheid niet. Nooit."

Als ik hem dat als 18-jarige had horen zeggen was ie gelijk mijn man geweest natuurlijk. Want dat de meerderheid van de samenleving en de kerk keuzes maakte die voor mijn idee volkomen haaks stonden op het radicale evangelie van Jezus was me wel duidelijk.

Veel later heb ik de ware liefde voor de taal ontdekt. In mijn jonge jaren was taal toch vooral middel om iets leuks te melden of iets radicaals. Als die twee polen dan samengingen was het helemaal bal. Daarom vond ik Freek de Jonge natuurlijk ook zo leuk. En kan ik ook genieten van het woordenspel van Rikkert Zuiderveld.

Maar als er één eigenschap afwezig was bij Barnard dan was het wel radicaliteit. Ook al was de waarheid nooit bij de meerderheid te vinden, er bleef altijd een mildheid rondom hem hangen die hem sierde. Daar zou ik nog wat van hebben kunnen leren. Nu moet dat dan maar via zijn boeken van welke ik er gelukkig al wel een aantal in de kast heb staan. Vooral als ik weer eens iets mag schrijven over het evangelie wil ik nog wel eens zo'n boek uit de kast trekken. Wat ik dan steevast lees is een mengeling van poëzie, filosofie, bespiegelingen, woordspelingen, gedachtes en duidingen. Nooit polemisch, zeurderig, zuur of actievoerderig. Wel nederig en doordacht en weloverwogen. Had ik maar wat meer van hem...

Wat ook zo mooi is, is dat Barnard een schakel is geworden tussen het wat engere protestantse geloof en het ruimere roomse geloof. Van Nederlands Hervormd tot Oud-Katholiek (de Roomse kerk was hem denk ik te star) van welke beiden hij lidmaat bleef. Van Barnard komt ook de uitspraak: 'Orthodox, of niks.' Mijn idee. Godsdienst is niet vrijblijvend. Nooit. Nog een: 'De menselijke maat is niet bepalend.' Opnieuw: mijn idee. Ook ontdekte deze ouwe protestant dat liturgie bevrijdend werkt. Ook dat heb ik zelf inmiddels aan den lijve moge ervaren. Het woord van God werd hem via de ouwel letterlijk in de mond gelegd. Daarin schuilt een grote wijsheid die verder niet met woorden valt uit te leggen. Wie oren heeft, hore.

Tot slot. Je zou kunnen stellen dat Willem Barnard het levende bewijs was dat de wijsheid met de jaren komt. Negentig is hij geworden. Kun je nagaan hoe wijs hij inmiddels was.

Moge hij nu rusten in de vrede en de wijsheid die alle intellect te boven gaat...

zondag 21 november 2010

En groet elkaar met een heilige kus

Na de Schriftlezing uit 1 Thessalonicenzen 5 vervolgden we vanmorgen de kerkdienst met een lied en een gebed, maar daarna kwam het allerlaatste vers van dit hoofdstuk alsnog op de beamer tevoorschijn. Blijkbaar had de predikant dit met opzet 'vergeten' zodat hij ons alsnog kon wijzen op dit oude gebruik in de kerk. Enigszins besmuikt en ondeugend opperde hij de mogelijkheid om elkaar ter plekke te gaan zoenen, maar hij begreep gelukkig ook dat hij leidsman en herder was van stevige en stijle Nederlandse Gereformeerden die, door de kerkbank genomen, niet zo gauw hun naaste broeder of zuster om de hals vallen.
Maar een groet en een wens tot een goede dienst dat moest toch mogelijk zijn. Daartoe riep hij dan ook op en vervolgens gingen wij, brave en gehoorzame  kuddedieren, over tot de uitvoering van dit heilige bevel vanaf de kansel, hetwelk met enige fantasie ook zou kunnen worden aangeduid als zijnde 'van hogerhand' .

Ik heb inmiddels een enorme hekel gekregen aan een dergelijk verzoek. Ik begrijp dat onze predikant graag ziet dat de saamhorigheid in de gemeente van tijd tot tijd 'een smoel' krijgt en dat dit de snelste manier is om daar uiting aan te geven, maar toch.
Ik vind het tamelijk merkwaardig dat ik mijn naaste kerkgangers een kwartier na aanvang van de dienst alsnog een goede dienst moet wensen. Moet wensen ja. Want als ik pontificaal met mijn armen over elkaar zou blijven zitten zou dit hoogstwaarschijnlijk worden beloond met het stempel 'ijskonijn'.
Meestal groet ik vlak voordat ik ga zitten mijn naaste buur met een zacht 'goedemorgen', hetwelk me passend genoeg lijkt. Als ik hem of haar op dat moment de hand zou schudden en hem op luidere toon een goede en gezegende dienst zou toewensen, heb ik zomaar een heel ander stempel te pakken: 'fanaticus' of wellicht 'dweper'. De mores in de Gereformeerde kerken van Nederland is nu eenmaal dat we onze emoties in toom houden. Niet dat ik daarmee zit overigens, want ik ga niet naar de kerk om mijn emoties de vrije loop te laten, maar om mijn hart en ziel te richten op God. Dat daarin mijn lichaam ook mee mag komen is evident, maar dat hoeft nog niet te betekenen dat ik op afroep mijn naaste broeders en zusters eens uitgebreid van harte welkom moet gaan heten, terwijl de dienst allang begonnen is.

Ik vermoed dat mijn Gereformeerde herder iets wil laten doorklinken van de aloude vredegroet, die reeds in de vroege kerk onderdeel was van de liturgie. In Nederland is deze groet voornamelijk bekend in de Roomse kerk waar in elke eucharistie plaats is ingeruimd om elkaar de vrede van Christus toe te wensen.

Kijk, dat is andere koek. Geen goed bedoelde, maar nogal slap overkomende en op de mens zelf gerichte wens van een fijne of desnoods gezegende dienst, maar alleen de vrede van Christus die wordt gedeeld en gewenst. Uiteindelijk een verschil van dag en nacht. En ook een verschil tussen een in de liturgie ingebed vast onderdeel van een dienst die via altaar en communie gericht is op God (als het goed is) en een die voornamelijk gericht is op de mens in de kerkbank die elke zondag opnieuw, middels een lange preek, moet worden opgewekt tot een vermeerderd geloof en/of een portie troost en bemoediging.

Even had ik vanmorgen de neiging om naar de preekstoel te lopen en mijn herder en leraar ter plekke een stevige kus op de wang te drukken. Want ik blijf een protestant.
Maar ik bedacht me net op tijd welk stempel dit zou kunnen gaan opleveren en bleef gedwee zitten. Mijn buurman vóór mij kreeg nog wel een slap handje van me. Blijkbaar ben ik toch meer aangepast, meegaand en katholiek dan protestgezind. Gelukkig heb ik dan nog wel een zowel katholiek als protestant weblog waarop ik hierbij weer een, zeg nu zelf, orthodoxe aberratie tot stand heb gebracht.

Weest gegroet!

donderdag 18 november 2010

Een week niet geblogd is ...

een week niet geleefd?

Nou, dat dacht ik niet.

Maar voordat u zich zorgen gaat maken: ik leef nog.
En met mijn bril gaat het goed: die wordt namelijk amper gebruikt (....).
Tja, als tv-bril is ie handig, maar verder moet ik niets van dat rotding hebben. Zo, dat is eruit.
Geef mij maar een gewone leesbril voor achter de computer, in een boek, Tussen de Rails en onder de hoogtezon. Ware het niet dat Tussen de Rails allang niet meer wordt uitgegeven door de NS en wij hier thuis geen hoogtezon hebben. Meer een laagtezon, vrees ik. Maar dat is weer een ander probleem...

Maar over dat bloggen. Ik merkte dat ik zelf een soort dwang had opgebouwd om elke week toch al gauw twee à drie keer te moeten scoren met een 't liefst humoristisch of kritisch blogbericht. Waarschijnlijk omdat ik dat aan mijn miljoenenpubliek verplicht was. En dat laatste geeft al aan wat een rare neurotische gedachte zich van mij meester dreigde te maken.
Voeg daaraan toe dat ik van verschillende kanten vernam dat moderne media als Facebook, Hyves, Blogger, Twitter en Kwetter je leven nodeloos op zijn kop gaan zetten als je niet uitkijkt. En verder dat deze media je inderdaad als een kip zonder kop kunnen laten rennen, zonder dat daar enige noodzaak voor is.

Ik bedoel: wie mij nodig heeft, komt maar eens gezellig langs, nietwaar? Er gaat nog steeds helemaal niets boven een (goed) gesprek van mens tot mens. Gewoon op de vierkante meter. Daar waar je elkaar eens recht in de ogen kunt kijken en - indien nodig - eens een arm om iemands schouder kan leggen, een zoen op iemands wang kan drukken of een pilsje voor hem of haar kan kopen. Dan ben je pas echt iemands naaste. Ja, ook zoals Jezus het zelf heeft bedoeld.

Lang geleden dacht ik de wereld te moeten redden, en meende ik dat mijn naaste vooral in Angola, Vietnam of Chili woonde. Maar dat bleek ijdele hoop. Mijn naaste woonde eh.... naast mij, zo bleek op een goede dag. Dat te ontdekken was een schokkende ervaring. En het maakte mijn leven ook een stuk lastiger. Maar wel beter.

Hierbij verklaar ik daarom plechtig dat ik alleen weer eens wat blog als ik daar zelf de behoefte toe voel. Nou ja, na dit stukje dan, want dat was een soort verontschuldiging en daarmee toch weer een soort dwangblogje.

Ontbloggen, wordt dat vanaf nu een nieuw woord?

dinsdag 9 november 2010

Zwartkijken door een roze bril

Ik heb een bril. Nee, wacht even, ik had al dertien jaar een bril. Maar dat was een leesbril en nu heb ik een permanente bril gekregen. Nee, wacht opnieuw, dat permanente was weliswaar de bedoeling, maar dat weiger ik permanent, eh... pertinent.

Mij was namelijk bij de aanschaf beloofd dat mijn zicht er stukken op vooruit zou gaan, maar dat blijkt bepaald eh... Anders te zijn. Of mag ik gewoon Hans zeggen? Toegegeven, het zicht in de verte is er wel beter op geworden. Vooral 's avonds voor de buis pluk ik de vruchten van een verbeterd zicht (wist u dat Sasha de Boer donkerbruine ogen heeft?) dat zich comfortabel heeft weten te nestelen naast mijn sublieme inzicht en zich zodoende helemaal thuisvoelt. Ahum.

Maar als ik een tekst lees (en dat doe ik erg veel en vaak) lijkt het wel of de tovenaar van Oz aan het werkt gaat. Omdat ik een variafocusbril heb moeten nemen, kan ik nu uitsluitend via de onderkant van de glazen en dan alleen precies in het midden daarvan een tekst leesbaar krijgen. Maar dan alleen als ik precies in het midden van de tekstregel kijk. Grlmfm! Als ik met mijn ogen ook maar even links of rechts afwijk wordt de hele handel weer zo vaag als wat.

Ik moet constant mijn hoofd laten meebewegen met de tekstregel anders zie ik geen moer. Dus als u denkt dat ik weer eens iets afkeur door mijn hoofd te schudden, ben ik waarschijnlijk gewoon iets aan het lezen. En als ik dat al hoofdschuddend doe gaat de vorm van het papier meebewegen. Griezelig bijna, nee eng gewoon. Verder moet ik, als ik ga lezen, mijn hoofd niet meer enigszins naar beneden wenden, maar juist naar boven omdat ik anders door het verafgedeelte kijk en dichtbij niets meer zie. Daar word ik bijna letterlijk HOOGmoedig van als ik aan het lezen sla en ook dat is (excusez le mot) geen gezicht.

Het schijnt allemaal te moeten wennen hoor ik, maar ik wil helemaal niet wennen. Ik wil goed zicht!

Alle teksten die ik lees, boeken, tijdschriften, kranten, internet en noem maar op hebben te brede regels voor mijn uiterst beperkte 'variafocuszicht'. Maar er is één uitzondering. De Bijbel heeft, op een paar van haar zesenzestig boeken na, heerlijk smalle kolommen. Die kan ik tenminste lezen. Het heeft allemaal zo moeten zijn natuurlijk. Want hierdoor zal ik waarschijnlijk in no time zijn veranderd in een Schriftgeleerde pur sang. Een Schriftgeleerde met louter bijbelse zicht en inzicht en daarbij tevens een variafocus op de wereld! Veel vromer kan een mens niet worden...

zaterdag 6 november 2010

Toy Story (the final)

Deze weken giert opnieuw een rage door Albert Heijn. De poppetjes van Toy Story 3 tetteren je ogen al tegemoet zodra je zelfs maar in de buurt van deze winkel komt.
De vorige hebbedingetjes (smurfen, wuppies, welpies en noem ze allemaal maar op) liggen hier thuis in d'een of and're stoffige hoek van de jongenskamers boven. Er wordt niet meer naar omgekeken, maar o wee als er weer wat nieuws te snaaien valt vanaf de kassa. Dan moet moeder- (of in ons geval meestal vader-) lief weer zorgen dat ie erbij komt. Maar deze vader heeft een nieuw adagium:

JUST SAY NO!

Het moet namelijk maar eens afgelopen zijn met het overbodig rondpompen van plastic! Het is driewerf slecht. Slecht voor de schepping, slecht omdat het een van de zeven hoofdzonden (de Avaritia ofwel hebzucht) aanwakkert en slecht voor de bloeddruk van menig onnozele winkelverlater ("Meneer, mevrouw, mevrouw, meneer, heeft u nog toys voor mij?!?! Jawel, die hebt u wel, ik zag dat u er een kreeg! Ah, toe mevrouw?! Of erger: Geef op, man!!!")

Ik zal eens een andere toy story vertellen. Als veel klanten deze troep gaan weigeren in ontvangst te nemen, is het snel gedaan met deze zinloze en megalomane plastic parade. Dan weten ze in Zaandam (of zitten ze allang in 'Zuidoost'?) genoeg. Misschien krijgen ze dan zelfs wel de geest en bedenken ze iets geheel anders, iets unieks. Iets wat nog geen mens eerder heeft bedacht of verzonnen. Iets wat zal inslaan als een bom en door de concurrenten ook ijlings zal worden nagebootst, als AH er niet snel patent op aanvraagt. Het is even revolutionair als kinderlijk eenvoudig: gewoon extra korting aan de kassa bij elke vijftien euro aan gekochte producten.

Nadat het peperdure reclamebureau dat alle eerdere plastic rages bedacht aan de dijk is gezet, kan die korting er immers ruimschoots vanaf.

donderdag 4 november 2010

Van geen vreemde

Wie op het wereldwijde web zijn zoon belachelijk maakt (en tot overmaat van slechtheid dat ook nog eens regelmatig in het christelijkste opvoedblad van Nederland doet) moet zelf ook maar eens met de billen bloot.

Niet alleen valt mijn oogappeltje opvallend dicht bij de boom, zodat ik al die keren eigenlijk over mijn eigen tekortkomingen schrijf - waarvan hij door een bevlekte ontvangenis van diverse foute genen, het onwillig slachtoffer is - ook weet uw bloggende Heer van Stand zichzelf bij tijd en wijle geheel op eigen kracht onsterfelijk belachelijk te maken.

Neem nu dit:

Een weekje geleden ging het hier in de huiskamer over ons beltegoed. Omdat wij weliswaar sinds een jaartje of wat een mobiele telefoon in huis hebben maar die zelden gebruiken, kopen we louter prepaid-aanbiedingen. Omdat er een mooie aanbieding liep ('kijk, daar loopt een aanbieding') wilde ik wel eens weten hoeveel tegoed er nog op dat ding stond.
Omdat ik niet blond ben, pakte ik kordaat de telefoon en toetste, hardop de juiste code verkondigend, * 100 # in. Maar Purperpol begon te lachen en in mijn zelfverzekerdheid kwam de eerste barst.

"Wat nou? Het is toch: sterretje - honderd - hekje?" reageerde ik verontwaardigd en drukte de code voor de zekerheid maar even weg.

Purperpol lachte harder.

"Waarom lach je nou? Wat doe ik dan fout?" Mijn zelfverzekerdheid lag inmiddels in stukken. Ik had die code toch goed onthouden? Dat wist ik wel bijna zeker.

Geen groter vermaak dan leedvermaak: Purperpols gelach was inmiddels onbedaarlijk geworden.
Toen viel het kwartje. Wat ik in mijn hand had was niet ons mobieltje maar onze gewone telefoon.

Morgen ga ik mijzelf laten blonderen.




dinsdag 2 november 2010

Dodenherkenning

We leven in de octaaf van Allerheiligen, die in Nederland beter bekend is als Allerzielen en een algemene aandacht voor de doden genereert. Soms wil het toeval dat ook net in deze tijd een Bekende Nederlander overlijdt.

Eergisteren zag onze Luuk gezeten achter de laptop een nieuwsberichtje dat zijn ouders wellicht zou kunnen interesseren. Daarom las hij het maar even voor:

"Harry Muesli is dood."